Meer of minder dassen?

Frits Abrahams

Wat we er in Nederland echt niet meer bij kunnen hebben, is de ontwrichting van de maatschappij door de opmars van de das.

Terwijl onze politici nog angstig verwikkeld waren in hun stikstofstrijd, werden ze opgeschrikt door het bizarre nieuws dat de dassen een succesvolle ondermijning van de infrastructuur in de provincie uitvoerden. Waarom belagen de dassen vooral de provincie – en niet de Randstad? Of is dit het begin van een breed offensief tegen Nederland?

Het is duidelijk dat het de dassen ernst is. Zich verschuilend achter het gunstige imago van „vriendelijke, gastvrije goedzak”, graven ze ondergrondse burchten waarin ze heimelijk hun aanvalsplannen beramen. Het feit dat ze ook konijnen, vossen en marters onderdak verschaffen, wijst erop dat ze het hele dierenrijk pogen te radicaliseren. Voor het eerst dringt tot ons door wat de biologen al langer wisten: dat de das een van de grootste landroofdieren in Nederland is.

Hoe willen onze politici deze snel toenemende dreiging bestrijden? Welke maatregelen overwegen ze? Met dergelijke vragen heb ik hen benaderd, maar ze waren aanvankelijk niet bereid tot het geven van openlijk commentaar. Ze vroegen zich ook af of mijn vragen soms satirisch bedoeld waren. „Satire?” zei ik, „daar moet je in Nederland mee oppassen.” Uiteindelijk bleken zij bereid tot enkele summiere reacties.

Jesse Klaver (GroenLinks): „Wij vinden dat je de das zoveel mogelijk met rust moet laten. Iedereen, mens of dier, heeft recht op een pijnloos leven. Dat treinreizigers de bus moeten nemen, is een welkome stimulans voor deze sector van het openbaar vervoer.”

Attje Kuiken (PvdA): „Ik zeg niets omdat ik nu al misselijk word van de voorspelbare naamgrappen.”

Esther Ouwehand (Partij voor de Dieren): „Zoals wij het geweldig nieuws vonden dat de wolf zich weer thuis voelt in het Nederlandse ecosysteem, zo zijn wij dankbaar voor het feit dat de dassen de laatste jaren fokken als de konijnen, zodat er nu weer een populatie van vijf- tot zesduizend dassen in Nederland is. Net als wolven zullen dassen mensen uit de weg gaan. Wij houden dan ook vast aan de beschermde status van de das.”

Wopke Hoekstra (CDA): „Wij streven, zoals bekend, naar behoud van mens én dier, en weigeren principieel om een keus te maken. Vooraan zullen wij álles wat leeft tot elke prijs te vriend houden. Daarmee zullen wij het CDA weer groot maken.”

Geert Wilders (PVV): „Het is een ongekend schandaal dat ons nepparlement het Nederlandse volk laat bloeden voor het behoud van zo’n stinkend, vernielzuchtig beest. Dassen zijn de criminele gelukszoekers onder de beesten. Moeten Henk en Ingrid daarvoor de bus naar Den Bosch nemen? Mijn vraag is dan ook, en die D66-officieren van justitie zullen wel weer beginnen te jammeren: Willen we meer of minder dassen in Nederland?”

Thierry Baudet (FVD): „Door de das ontstaat een variant van de door ons gekoesterde omvolkingstheorie. De das verjaagt de raszuivere Nederlander en veroorzaakt daarmee de ontvolking van Nederland.”

Caroline van der Plas: „Jongens, kom op, waar gaat dit over? Met of zonder das: wij blijven de grootste, en daar gaat het om.”

Mark Rutte (VVD): „U ziet het, ik draag vandaag geen das. Grapje!”