RIVM bereidt zich voor op uitbraak van nieuwe schimmelziekte

Zes vragen over de schimmel C. auris Een nieuwe schimmelziekte is wereldwijd in opmars. Het RIVM slaat geen groot alarm, maar is wel waakzaam.

Een petrischaaltje met de schimmel Candida auris.
Een petrischaaltje met de schimmel Candida auris.

Foto Nicolas Armer/dpa

Een nieuwe schimmelziekte, Candida auris, is internationaal in opmars. In Nederland zijn nog maar een handvol gevallen geconstateerd. Toch bereidt het RIVM zich met het Radboudumc voor op een mogelijke uitbraak. Zes vragen over de onbekende nieuwkomer.

1 Wat is dit voor schimmel?

Candida auris, of C. auris, behoort tot het schimmelgeslacht candidas en groeit als een gist. Veel leden uit deze familie zijn onschadelijk, maar C. auris behoort tot de groep die schimmelinfecties kan geven en gevaarlijk wordt als ze in de bloedbaan terechtkomt. C. auris is pas vrij recent ontdekt. In 2009 werd de schimmel opgemerkt in het ontstoken oor van een vrouw in Japan. Vandaar de naam auris, Latijn voor oor. Die naam is misleidend, want de gist gedijt ook op andere plekken in en op het lichaam. En daarbuiten. Zo schreef The New York Times over de kamer van een patiënt die aan zijn infecties was overleden. De gist zat tot in de gordijnen aan toe. Om de kamer schimmelvrij te krijgen moesten zelfs delen van het plafond en de vloer vervangen worden.

2 Hoe gevaarlijk is deze Candida?

In hetzelfde artikel slaan artsen alarm. Een epidemioloog noemt C. auris de meest bedreigende van alle resistente schimmels en bacteriën. C. auris is ongevoelig voor veel desinfecterende en schimmeldodende middelen. Bovendien is C. auris moeilijk van andere schimmels te onderscheiden, waardoor hij niet altijd wordt gedetecteerd.

Het Radboudumc schrijft dat de schimmel vooral gevaarlijk is voor mensen met een verminderde afweer. Buiten het ziekenhuis en voor gezonde mensen is C. auris niet bedreigend. Onderzoeker Mariolina Bruno: „Een goed functionerende afweer herkent de schimmel uitstekend en kan de schimmel vervolgens ook prima opruimen.” Uit onderzoek blijkt verder dat C. auris minder besmettelijk is dan C. albicans, die onder meer vaginale infecties kan veroorzaken.

3 Kun je eraan overlijden?

Het afweersysteem van gezonde mensen kan de specifieke kenmerken van de schimmel goed herkennen en ze adequaat opruimen. Toch hebben mensen met bloedbaaninfectie 30 tot 60 procent kans om eraan te overlijden, schrijft onder meer het Europese instituut voor infectiepreventie (ECDC). Belangrijk daarbij is dat deze cijfers gebaseerd zijn op kleine aantallen patiënten die bovendien onderliggende aandoeningen hadden. In Nederland zijn geen sterfgevallen bekend.

In Nederland is in vijf jaar tijd bij vijf mensen C. auris aangetroffen

4 Wat is de situatie in Nederland?

Het RIVM meldt dat in Nederland in vijf jaar tijd bij vijf mensen C. auris is aangetroffen. Deze mensen kwamen uit een buitenlands ziekenhuis en de schimmel werd gevonden bij routine-onderzoek. Niemand werd er ziek van.

Verschillende stammen zijn inmiddels over de hele wereld aangetroffen. In 2020 en 2021 doken na een uitbraak in ziekenhuizen in Noord-Italië 277 gevallen op. Ook in Spanje en het Verenigd Koninkrijk waren ziekenhuizen besmet. Omdat ziekenhuispatiënten zelden naar het buitenland gaan, schatte het ECDC het risico op verspreiding in Europa laag in. Wel werden EU-landen opgeroepen op om C. auris goed in de gaten te houden. Resistente bacteriën en schimmels zijn al een probleem voor ziekenhuizen, op nog een hardnekkige schimmel zit niemand te wachten.

5 Hoe weet je of je de schimmel hebt?

Alleen als je een ziektebeeld hebt dat past bij C. auris, zoals een schimmelinfectie, of als je vanuit een buitenlands ziekenhuis in een Nederlands ziekenhuis komt, wordt op C. auris getest. Als laboratoriumonderzoek een infectie met C. auris uitwijst, volgt onderzoek in de omgeving van de besmette patiënt, om de verspreiding in te dammen. In Nederland is dit nog niet voorgekomen.

6 Waarom komt het RIVM in actie?

Infectiehaarden moeten zo snel mogelijk worden bestreden. Het RIVM heeft met het Radboudumc-CWZ Expertisecentrum Schimmelinfecties een netwerk van laboratoria opgericht. Daar worden allerlei schimmelinfecties onderzocht en gekeken hoe het staat met resistentie tegen antischimmelmiddelen. Onderzoekers bereiden zich voor op de opmars van C. auris, onder meer door protocollen te maken voor ziekenhuizen en te oefenen met geënsceneerde uitbraken.