‘Alice, Darling’: misbruik zonder blauwe plekken

Alice (Anna Kendrick) wordt door haar partner emotioneel gemanipuleerd en misbruikt, in ‘Alice, Darling’.


Foto Samantha Falco/Lionsgate

Interview

Interview Mary Nighy, regisseur ‘Alice, Darling’, draait om emotionele manipulatie, ofwel ‘gaslighting.’ „Geweld is ook echt als het sluipenderwijs gaat.”

Een film over partnergeweld zonder blauwe plekken, zo omschrijft de Engelse actrice en regisseur Mary Nighy haar fim Alice, Darling tijdens een videogesprek.

Sinds de première vorig najaar op het filmfestival van Toronto is er een hoop rond de film gebeurd. Hoofdrolspeelster Anna Kendrick vertelde in interviews dat ze zelf ook een overlever van een misbruiksrelatie is. Nighy ontdekte dat haar film duisterder is dan ze had gedacht: „Juist omdat we geen beeld van de buitenkant wilden schetsen; je moet onvoorwaardelijk meegaan met het subjectieve gevoel van Alice. Anna was bovendien heel dapper in het verwerken van haar eigen ervaringen met emotioneel misbruik.”

Eén ding was duidelijk toen ze de eerste versie van het scenario van Alana Francis las: het moest geen ‘probleemfilm’ worden. „Vaak zijn films over slachtoffers van partnergeweld thrillers of detectives. Maar ik wilde duidelijk maken dat het ook echt geweld is als het sluipenderwijs gaat of psychologisch machtsmisbruik is.” Daarom schreven Kendrick en zij geleidelijk alle scènes met fysiek geweld uit het script.

Het moest ook geen film worden die in snelle halen conclusies trok over hoe mensen het slachtoffer worden van ‘gaslighting’: psychologische manipulatie. In de film zie je bijvoorbeeld hoe haar partner Simon de vriendinnen van Alice afkraakt, waardoor ze zich bij hen niet veilig genoeg voelt om ze in vertrouwen te nemen.

Subtiel evenwicht

Nighy: „Het is een subtiel evenwicht. Er zit een zinnetje in de film, ‘Je bent soms zo’n kutwijf’, dat acteur Charlie Carrick, die Simon speelt, tijdens de opnames op heel veel verschillende manieren heeft gezegd. Uiteindelijk kozen we voor de meest terloopse manier, die kwam bij iedereen van de cast en crew het hardste aan. Zo kom je in het hoofd van Alice terecht, en weet je niet meteen hoe betrouwbaar haar waarnemingen zijn. Hoorde je het wel goed? Hoe kan iemand die zo knap en galant is, zo wreed en gemeen zijn?”

Ze wilden hem niet menselijker maken, legt ze uit, maar wel invoelbaar maken dat iemand voor hem kan vallen: „De ‘flashes’ spelen daarbij een grote rol.” Ze vermijdt bewust het woord ‘flashbacks’, want de flitsen van scènes die het verhaal doorsnijden, kunnen zowel herinneringen zijn als angsten.

En ze maakt het Anna’s vriendinnen ook niet makkelijk om in te grijpen: „Het is voor veel overlevers een heel louterende film. Mensen vragen me soms hoe ze mensen moeten helpen die zich in een vergelijkbare situatie bevinden. Ik weet het niet. Ik ben geen psycholoog. Ik weet wel dat een zus van iemand die aan de film heeft meegewerkt, zich in deze situatie bevindt. Toen ze de film zag, moest ze enorm huilen. Maar ze zit nog steeds in die relatie. Ik kan alleen maar hopen dat de film een ingang is voor een gesprek.”

https://www.youtube.com/watch?v=kOlejcrt4ZQ