Uit wanhoop stapten deze migranten op de boot

Profiel

Vluchtelingen Zeker 86 migranten verdronken in februari bij de Italiaanse kust. Dit waren vier van hen.

Een rouwkrans drijft in de Middellandse zee, ter nagedachtenis aan de migranten, onder wie kinderen, die verdronken bij een schipbreuk vlak voor de Italiaanse kust.
Een rouwkrans drijft in de Middellandse zee, ter nagedachtenis aan de migranten, onder wie kinderen, die verdronken bij een schipbreuk vlak voor de Italiaanse kust.

Foto Gianluca Chininea/AFP

Op een strand in het Zuid-Italiaanse Calabrië werd vorig weekend een optocht gehouden ter nagedachtenis aan de 86 bootmigranten, onder wie 35 kinderen, die drie weken geleden het leven lieten. Van de wrakstukken van de boot was een kruis gemaakt, dat werd rondgedragen.

Het schip, dat 180 vluchtelingen aan boord had, vertrok uit het westen van Turkije. Van daaruit zou Griekenland de meest logische bestemming zijn, maar dat land wordt gemeden vanwege de wreedheid van de kustwacht. De boot voer door naar Italië, botste vlak voor de kust op een zandbank en brak in tweeën. Nog altijd worden er lichamen geborgen. Ongeveer tachtig migranten overleefden, de rest wordt nog vermist. Er loopt een onderzoek naar de omstandigheden. Waarom de Italiaanse kustwacht niet uitrukte, blijft de dwingendste vraag.

In Calabrië maakt de grootste Italiaanse scheepsramp sinds jaren erg veel los. „Deze gemeenschap beleeft dit als een sterfgeval in de familie”, zegt burgemeester Antonio Ceraso van Cutro. „We hebben in deze gemeente allemaal het gevoel zelf een broer, een zus, een moeder te hebben verloren. Dit gaat niet over politiek, maar over menselijkheid.”

NRC zocht contact met de nabestaanden van vier verdronken migranten. Dit is hun verhaal.

Torpekai Amarkhel (41) tolk en journalist

Torpekai Amarkh (rechts).

De journalist, tolk en vertaler Torpekai Amarkhel, geboren in de Afghaanse provincie Wardak direct ten westen van de hoofdstad Kabul, verdronk samen met haar nicht, de man van haar nicht en haar neefje. Haar vijfjarige nichtje wordt nog vermist. Torpekai Amarkhel werd 41 jaar.

Toen het lichaam van Amarkhel geïdentificeerd moest worden, viel die taak toe aan haar negen familieleden in Rotterdam: een zus, een broer en zeven nichtjes. Zij vertellen over Torpekai als een sterke vrouw die geloofde in de journalistiek als emancipatiemiddel voor de vrouwen in haar land.

Vóór de machtsovername door de Taliban in 2021, werkte Amarkhel voor de nationale Afghaanse Radio en Televisie en was ze woordvoerder van de Bijstandsmissie van de Verenigde Naties in Afghanistan (Unama). Ze vond dat vrouwen onafhankelijk moeten zijn, zoals zij.

Sinds hun machtsovername maakten de Taliban het Amarkhel lastig om nog te werken. Ze was alleenstaand, wat betekende dat de nieuwe machthebbers haar tegen haar wil hadden kunnen uithuwelijken aan een strijder, aldus Philip Smucker, een journalist met wie ze samenwerkte.

Amarkhel was het liefst in Afghanistan gebleven. Maar de tijd begon te dringen: de Taliban gingen de huizen langs op zoek naar dissidenten, waarbij het geen aanbeveling was dat ze voor vrouwen opkwam en voor de VN gewerkt had. Een collega ontkwam naar Australië en ook zijzelf had daar een aanvraag lopen, maar ze hoorde steeds maar niks.

Ze vluchtte naar Turkije op een bezoekersvisum. In Istanbul huurde ze een tijdje een appartement, wachtend op een kans om Italië te bereiken. Was het echt nodig dat deze oud-medewerkster van de VN in de Turkse havenstad Izmir op een bootje moest stappen om Europa te bereiken? Haar Nederlandse familieleden verbazen zich erover dat de VN niets voor haar heeft betekend. Ze mocht niet mee op een van de evacuatievluchten; volgens Smucker omdat ze niet kon aantonen dat ze rechtstreeks gevaar liep onder de Taliban.

Volgens de Italiaanse politiedienst Guardia di Finanza had elk van de migranten ongeveer 8.000 euro betaald aan mensensmokkelaars. Vorig jaar bestond bijna de helft van de bootvluchtelingen naar Italië uit Afghanen, voornamelijk vrouwen en kinderen.

De broer, zus en enkele nichtjes van Amarkhel kwamen naar een gymzaal in de Zuid-Italiaanse stad Crotone om de lichamen van hun familieleden te identificeren. Ze vroegen persoonlijk aan de Italiaanse president Sergio Mattarella of hij kon regelen dat de lichamen in Afghanistan begraven konden worden. Na twee weken wachten waren ze het zat; de lichamen begonnen te stinken. Samen met andere nabestaanden blokkeerden de Rotterdammers enkele wegen in Crotone.

Tijdens de herdenkingsoptocht voor de omgekomen vluchtelingen droegen lokale journalisten het gekopieerde perspasje van Amarkhel met zich mee, als laatste eerbetoon aan hun collega.

Zus Mina is nu in Kabul om het lichaam van Torpekai op te wachten. Het moet nog steeds arriveren. (DW)

Shahida Raza (27) voetballer en hockeyer

De 27-jarige Shahida Raza voetbalde bij Balochistan United W.F.C., bij het Pakistaanse legerelftal en bij het elftal van de Pakistan Water & Power Development Authority, was lid van de Pakistaanse vrouwenvoetbalploeg én verschillende keren aanvoerder van de Pakistaanse vrouwenhockeyploeg. Later legde ze zich toe op kickboksen en kungfu, een sport waarin ze verschillende medailles won op regionale Aziatische kampioenschappen. Voor haar sportieve carrière reisde ze onder meer naar Sri Lanka, Bangladesh, Singapore, Thailand, Hongkong, China, Iran, Maleisië en Qatar.

Ze kwam uit de West-Pakistaanse bergstad Quetta, bij de grens met Afghanistan. Etnisch behoorde ze tot de Hazara, een sjiitische minderheidsgroepering in Pakistan. Volgens vrienden moest ze het verzet van haar familie trotseren om een sportieve carrière te kunnen opbouwen.

Goedbetaald werd ze niet. In 2020 verloor ze ook haar sponsorcontracten, waarna ze geen werk kon vinden.

Vier maanden geleden begon Raza, een alleenstaande moeder, aan de reis naar Italië om medische behandeling te vinden voor haar gehandicapte zoon Hassan. Ziekenhuizen hadden haar verteld dat hulp in het buitenland haar enige optie kon zijn. Raza’s zus Sadia zei tegen persbureau AP dat Shahida’s pogingen om te emigreren één motief hadden: „Ze wilde alleen maar dat haar drie jaar oude gehandicapte zoon kon bewegen, lachen en huilen zoals andere kinderen.” Ze had ook overwogen om naar Australië te gaan.

Naar Turkije vloog Raza, met een visum. Tegen de BBC zei Sadia dat haar zus haar vlak voor de ramp nog belde. „Ze dankte God dat ze er bijna was.” Volgens vriendin Kainat was Raza bang voor water.

Hassan zat niet op de boot; hij bleef in Pakistan, bij zijn oma. Als baby liep hij een hersenbeschadiging op en hij is aan één kant van zijn lichaam van top tot teen verlamd. Het is niet duidelijk hoe Raza hem wilde helpen door naar het buitenland te reizen en hem achter te laten. Kainat: „Telkens wanneer ik met haar sprak op WhatsApp tijdens haar verblijf in Iran of Turkije, huilde ze en vroeg ze naar Hassan.” (DW)

Ahmed al Molki (6)

Assad al Molki (22) woonde met zijn ouders en broertje al enkele jaren in Turkije, na hun vlucht uit de Syrische hoofdstad Damascus. „Maar omdat ze bang waren teruggestuurd te worden naar Syrië, besloten Assad, zijn zesjarige broertje Ahmed en zijn oom Firas el Ghazi naar familie in Duitsland te vluchten”, zegt Ramzi Labidi, hulpverlener bij Sabir, een organisatie uit het Zuid-Italiaanse Crotone die zich om vluchtelingen bekommert. Na de ramp ontfermde Labidi zich over de overlevenden en de nabestaanden. Hij hielp met vertalen, was erbij toen de familieleden hun doden moesten identificeren, en kent al hun verhalen.

Firas en Assad zouden heelhuids de Italiaanse kust bereiken, maar Assads kleine broertje Ahmed overleefde het niet. „Hij kon al goed zwemmen, maar raakte onderkoeld terwijl we wachtten op hulp die nooit zou komen”, zei Assad tegen de Italiaanse tv-zender Sky. Zijn grote broer probeerde hen op zee allebei warm te houden, maar na anderhalf uur stierf het kind in Assads armen. Toen hij zijn ouders op de hoogte bracht, brak hun hart. Ze lagen een week in het ziekenhuis. Het lichaam van de kleine Ahmed is naar familie in het Duitse Dresden gebracht. De aanvraag van Assad en Firas voor familiehereniging in Duitsland, waar enkele neven wonen, maakt een goede kans te worden goedgekeurd. (IR)

Kenan Shukur (26) student en dichter

Kenan Shukur (26) was eerst vanuit Afghanistan naar Turkije gevlucht, en wilde van daaruit doorreizen naar zijn oom in Zwitserland. Kenan kwam uit een familie van strijders. Zijn vader vocht nog aan de zijde van de Afghaanse commandant Ahmed Shah Massoud, leider van het verzet tegen de Sovjets, en later tegen de Taliban, de nieuwe vijand. Massoud, geroemd om zijn militair inzicht en moed, werd ‘de leeuw van Panjshir’ genoemd, naar de Afghaanse provincie.

Kenan wilde niet vechten, maar studeren. In Afghanistan was het hem niet gelukt een leven op te bouwen, in Turkije had hij eerst jarenlang de taal gestudeerd en zich daarna ingeschreven aan de universiteit. Toen de Taliban opnieuw de macht grepen, bracht dat zijn hele familie in Afghanistan gevaar. Zij vluchtten naar Iran, maar Kenan wilde daar niet heen. Iedereen uit Panjshir, de enige provincie die nog verzet biedt, liep nu gevaar, zo vreesde zijn familie, waarop Kenan besloot verder te reizen naar zijn oom in Zwitserland.

Zijn oom, die naar de Zuid-Italiaanse stad Crotone reisde om hem te identificeren, vertelde aan hulpverlener Ramzi Labidi dat Kenan een dichter was. Voor zijn vertrek stuurde hij hem nog een gedicht, zijn allerlaatste. ‘Het land van mijn ziel is zo hard, er ligt een zware steen op mijn borst, vanaf deze boot besefte ik dat wie de werkelijkheid ziet, realistisch moet zijn, dat je de plaats bent waar je aankomt en dat dat je eindbestemming is.’ Als hij Italië niet zou bereiken, schreef Kenan erbij, moest zijn oom die tekst op zijn graf zetten. Maar Kenans familieleden zijn nu allemaal vluchtelingen in Iran. Het lichaam daarheen repatriëren is moeilijk. Kenans oom ziet als enige optie dat hij in Afghanistan begraven wordt.

Kenan was jong, in goede vorm en kon zwemmen. Hoe kwam het toch dat oudere mensen en zelfs jonge kinderen wel de kust bereikten, terwijl hij het leven liet in de woelige zee? Nabestaanden vertelden Kenans oom hoe dat was gebeurd. Net als andere jongemannen had hij verschillende kinderen in veiligheid gebracht. Kenan stierf nadat hij een meisje het leven had gered. Immers: hij was een dichter, maar hij kwam uit een familie van strijders. (IR)

Bij een optocht ter nagedachtenis aan de 86 bootmigranten wordt een kruis meegedragen van wrakstukken van de gezonken boot.Foto Gianluca Chinnea /AFP)