Partij voor de walvis

Gemma Venhuizen

Terwijl mijn meer doortastende vrienden een waterkanon trotseerden op de A12, raapte ik een Sultana-wikkel van de straat in Aerdenhout. Niet direct Extinction Rebellion, maar evenmin zonder gevaar. In een huis-aan-huis-krantje had ik, op bezoek bij mijn ouders, immers net gelezen hoe kordaat de plaatselijke politie kon optreden. Eerder die week was er in de avondschemer een verdachte man met kniptang gezien en prompt hadden Aerdenhoutse agenten de hele villawijk afgezet, klaar om de inbreker in zijn kraag te vatten. Na drie kwartier reden ze de onrustzaaier klem. Het was de burgemeester, D66’er Elbert Roest, die nog gauw even zijn 10.000 stappen voor die dag had willen halen. De vermeende kniptang bleek een afvalgrijper.

Zo’n vergissing is makkelijk gemaakt – zeker in een voormalig VVD-bolwerk waar men nog moet wennen aan milieubewuste politici – en de boel liep met een sisser af. Roest beloofde voortaan een geel hesje te dragen tijdens zijn avondrondje, de politie complimenteerde de „fitte burgemeester die geeft om een schone leefomgeving” en iedereen kreeg Facebook-likes.

In de tussentijd werden honderden anderen die om een schone leefomgeving geven natgespoten en gearresteerd. Wel nadat ze eerst droge kleren hadden mogen aantrekken in een warme tent, want zo is het Nederlandse beleid dan ook wel weer: „Kijk ons eens geven om onze demonstranten! We zijn hardhandig én zorgzaam, zodat we moreel op netto nul uitkomen.” Maar een net zero-beleid in termen van CO2 blijft door al het Haagse gepolder toekomstmuziek.

In De Groene Amsterdammer las ik onlangs een interview met Adrienne Buller, auteur van The value of a whale, over zogenaamd groen kapitalisme. Milieu-economen denken ten onrechte dat alles te koop is, tot en met walvissen aan toe. Eén walvis slaat gedurende zijn of haar leven zo’n 33 ton CO2 op, „méér per pond lichaamsgewicht dan een boom”, aldus Buller in haar boek. En de waarde van een walvis staat gelijk aan 2 miljoen dollar, becijferden drie economen eind 2019 in tijdschrift Finance & Development. Dus kun je door één walvis te beschermen je eigen CO2-aflaat creëren, zeggen ecokapitalisten: de uitstoot kan onverminderd doorgaan als we genoeg bomen planten en zeezoogdieren sponsoren. Maar zo simpel is het niet. Wie ecologisch gelijkstelt aan economisch krijgt vooral econonsens. En wie écht partij kiest voor de walvis doet dat niet uit winstbejag. Of zoals in De Groene staat: „De ecologische schade hier wordt gecompenseerd door ecologische baten daar, en of het ene ook daadwerkelijk ecologisch opweegt tegen het andere kan onmogelijk worden nagegaan.”

Een walvis is geen klimaattegoedbon, een afvalgrijper geen inbrekerswerktuig, een klimaatprotest geen misdaad. Maar voordat daarover consensus is bereikt, zijn we zeker 10.000 stappen verder.

Gemma Venhuizen is biologieredacteur bij NRC en schrijft elke woensdag een column op deze plek.