Russische troepen veroveren in het oosten van Oekraïne in een steeds hoger tempo terrein op de Oekraïense strijdkrachten. Vooral in het westelijk deel van de regio Donetsk verloopt de Russische opmars relatief snel. Moskou zou de afgelopen week in oppervlakte de grootste veroveringen hebben gedaan sinds 2022, het jaar dat Russische troepen Oekraïne massaal binnenvielen.
De jongste ontwikkelingen aan het Oekraïense front komen op een uiterst belangrijk moment in de oorlog, en lijken koren op de molen voor de Russische president Poetin. Die hoopt, een kleine twee maanden voordat Donald Trump het Amerikaanse presidentschap overneemt, zoveel mogelijk terrein in Oekraïne te veroveren, om zo sterk mogelijk te staan mocht het tot onderhandelingen komen. Trump heeft regelmatig gezegd dat hij de oorlog snel zal beëindigen, al gaf hij nooit details. De grote vraag voor Kyiv is in hoeverre Trump Oekraïne nog wil steunen met wapens en munitie.
Analisten van het onafhankelijke Russische medium Agentstvo berekenden op basis van de meeste actuele oorlogskaarten dat Rusland de afgelopen week 235 vierkante kilometer terrein heeft ingenomen, een ‘record’ voor dit jaar. Dat is iets meer dan de oppervlakte van de gemeente Amsterdam. In november bedraagt de Russische terreinwinst in Oekraïne tot nu toe zo’n zeshonderd vierkante kilometer. Ter vergelijking: in heel 2023 veroverde Rusland 387 vierkante kilometer grondgebied in het buurland. Agentstvo baseert zijn analyse op de dagelijkse frontlijnkaarten van DeepState, een groep die gelieerd is aan de Oekraïense krijgsmacht.
Front verschuift naar westen
De Russische aanvallen langs het brede front in Donetsk maken deel uit van een offensief dat eind vorig jaar begon. Het doel van het Kremlin lijkt om de hele Donbas onder controle te krijgen, die bestaat uit de regio’s Loehansk en Donetsk.
Lange tijd verliep de opmars traag en ten koste van enorme verliezen, maar sinds september winnen de Russen steeds sneller terrein. Dat heeft volgens militaire analisten vooral te maken met een tekort aan manschappen binnen de Oekraïense strijdkrachten. Vrijwel op alle fronten zijn de Russen numeriek in de meerderheid.
Dat wordt vooral in de Donbas uitgebuit, waar de Russen al sinds 2014 oorlogvoeren. Met name ten westen van het industriestadje Avdiivka, dat de Russen in februari van dit jaar veroverden, schuift de frontlijn steeds sneller westwaarts, richting de logistiek belangrijke plaats Pokrovsk.
Eind september viel het Oekraïense bolwerk Voehledar na drie jaar strijd in Russische handen, ten zuiden van Pokrovsk. Pokrovsk wordt nog altijd verdedigd door het Oekraïense leger, maar de frontlijn komt steeds dichterbij. Russische troepen zouden inmiddels ook het belangrijke stadje Koerachove (ooit achttienduizend inwoners) hebben bereikt en deels ingenomen, zo’n twintig kilometer ten noorden van Voehledar. Volgens president Volodymyr Zelensky is de situatie voor de Oekraïense strijdkrachten bij Koerachove „het moeilijkst”.
Lees ook
Voorbij de frontlinie zag de Oekraïense dronebestuurder Lucky alleen nog maar strepen op zijn scherm
De val van Voehledar opende enkele weken geleden de poort voor de Russen naar het noorden én het westen. Volgens militaire analisten van het Amerikaanse Institute for the Study of War (ISW) dreigen de Russen het stadje Velyka Novosilka te omsingelen, niet ver van de grenzen met de regio’s Zaporizja en Dnipropetrovsk. Het verlies van Velyka Novosilka – dat voor de Russische inval ruim vijfduizend inwoners telde – zou volgens ISW „significant” zijn omdat het voor de Oekraïners een belangrijk logistiek knooppunt is tussen de regio’s Donetsk, Zaporizja en Dnipropetrovsk.
Druk op Zaporizja
Maandag zei de Oekraïense president Volodymyr Zelensky dat hij een „bestaande dreiging” ziet voor nieuwe Russische aanvallen in de regio Zaporizja, ten westen van Donetsk. Sinds vorige maand voeren de Russen ook daar een nieuw offensief uit, in de richting van Orichiv. Ten zuiden van dat frontstadje (veertienduizend inwoners voor de Russische inval) lag in 2023 het zwaartepunt van het Oekraïense zomeroffensief, maar het terrein dat Oekraïne daarbij heroverde is deels opnieuw bezet door Rusland.
Volgens de analisten van ISW betekenen de recente Russische veroveringen in de regio Donetsk „niet automatisch” dat het Oekraïense front op instorten staat. De Russische opmars „kan operationeel significant worden” als de Russische legerleiding de recente successen weet uit te buiten, maar dat is volgens ISW „geen gegeven”.
Ook op veel andere plaatsen langs de ruim duizend kilometer lange frontlijn zijn de Oekraïense strijdkrachten in de verdediging gedrongen. De meeste internationale aandacht gaat uit naar de Russische regio Koersk, hemelsbreed zo’n vierhonderd kilometer van de frontlijn in Donetsk. Daar viel het Oekraïense leger in augustus verrassend Rusland binnen, maar zou Moskou inmiddels zo’n 40 procent hebben heroverd van het gebied dat Oekraïne aanvankelijk in handen had, zei een hoge Oekraïense militaire bron zondag tegen persbureau Reuters.
Kettingreactie om Koersk
In Koersk krijgt Moskou sinds enkele weken hulp van zeker tienduizend Noord-Koreaanse soldaten. De inzet van de Noord-Koreanen bracht de afgelopen weken een kettingreactie op gang. De Amerikaanse president Joe Biden besloot na maanden wikken en wegen Oekraïne toestemming te geven om Amerikaanse Atacms-raketten in te zetten tegen doelwitten in Rusland.
De formele bevestiging daarvan kwam maandag van veiligheidswoordvoerder John Kirby van het Witte Huis. Oekraïne mag de Atacms „in en rond de regio Koersk” inzetten, aldus Kirby. Inmiddels hebben Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk toestemming gegeven om de door hun geleverde kruisraketten ook in Rusland in te zetten.
In een reactie op het Atacms-besluit vuurde Rusland vorige week voor het eerst een meervoudige strategische raket af op Oekraïne. Die raket, die kan worden voorzien van kernkoppen, maar die bij de aanval op Dnipro geen noemenswaardige lading droeg, leek vooral een waarschuwing van Poetin aan het Westen tegen escalatie van de oorlog.