Hoeveel Floor (16) vapet is ‘niet echt te tellen’. Nu wil ze stoppen

Ploink!

Daar is ze, in het digitale venster. Lichtbruine haren strak naar achter, legergroene trui.

„Hey Floor, het is gelukt! Wat fijn dat je er bent. Welkom, welkom bij WeQuit.”

Floor (16) is er klaar mee. Ze wil niet meer roken en vapen. Ze begon op haar veertiende: haar broer had vapes en zij was nieuwsgierig. Het werd een gewoonte. Voor school, op het station, met collega’s van haar bijbaantje tijdens pauzes in de steeg. Misschien, denkt ze, speelde mee dat haar ouders uit elkaar gingen. „Dat deed wel iets met mijn gedrag.” Nu merkt ze het aan haar conditie: soms is ze buiten adem tijdens het badmintonnen. Een tijdje terug zag ze op Snapchat een reclame voor een stopcursus. Ze dacht: dít is het moment.

Op een woensdagavond heeft Floor haar eerste sessie. Via een videoverbinding praat ze met behandelaar Wouter Vlasveld van WeQuit, een platform dat mensen helpt van een rookverslaving af te komen. Vlasveld is psycholoog en heeft ervaring in de verslavingszorg. Straks, zegt hij, zal hij meer over het programma vertellen. „Maar eerst ben ik vooral heel benieuwd naar jou. Is het de eerste keer dat je gaat stoppen?”

Floor schudt haar hoofd. In de zomervakantie is ze al een tijdje gestopt. Het ging best makkelijk. „Alleen toen begon school weer en daar ging het fout omdat klasgenoten het aanboden.”

„Heb je veel vrienden die roken of vapen?”

„Ja bijna iedereen, dat maakt het wel lastig. Het is moeilijk om nee te zeggen als je weet dat je het toch kan krijgen.”

„Is school een grote trigger voor je?”

„Ja.”

„Oké, dat is zeker iets waar we naar kunnen gaan kijken.”

Zuurstoftank

Bij WeQuit zien ze het aantal vapers enorm stijgen. Vier jaar geleden waren er nog nul aanmeldingen voor hulp bij het stoppen met het gebruik van e-sigaretten, het afgelopen jaar zo’n duizend, vertelt oprichter Joris Dullaert. Een paar honderd van die cursisten zijn jongeren.

Het bedrijf begon onlangs met een programma voor 12- tot 24-jarigen. In zes online sessies krijgen zij persoonlijke begeleiding. Zo’n een-op-een aanpak hebben meer aanbieders, maar voor zover bekend is dit de enige cursus die zich specifiek op een jonge doelgroep richt. Dullaert: „Voorheen deden we groepssessies met alle leeftijden. Soms werkte dat, dan zagen jongere deelnemers bijvoorbeeld iemand met een zuurstoftank en dachten ze: zo wil ik niet eindigen. Maar de gemiddelde 15- of 16-jarige is niet zo bezig met de lange termijn.”

Wie 16 jaar of ouder is, kan zich zelfstandig aanmelden. De behandeling, die bestaat uit cognitieve gedragstherapie en indien nodig nicotinevervangende middelen, is gebaseerd op een methode die wetenschappelijk bewezen effectief is. De cursus wordt – een keer per jaar althans – vergoed door alle zorgverzekeringen.

Floor merkte aan haar conditie dat ze vapete: soms was ze buiten adem tijdens het badmintonnen.

Foto’s: Bram Petraeus

Het behandelen van vapers is volgens Dullaert nog een beetje pionieren. „We moeten maatwerk bieden. Daarom maken we altijd eerst een rookanalyse en dan een plan van aanpak. Bij vapers is vaak lastig te bepalen hoeveel nicotine iemand binnenkrijgt, terwijl dat van belang is als je met nicotinevervangers werkt.” Illegale vapes uit China maken het extra ingewikkeld. „Vaak staat er een verkeerde dosis op, of überhaupt niets. Bovendien roken veel vapers ook tabak.”

Uit onderzoeken blijkt dat de concentratie nicotine in vapes wisselend en onbetrouwbaar is. RTL Nieuws liet vapes testen die op Nederlandse middelbare scholen in beslag waren genomen, in bijna de helft zat meer nicotine dan wettelijk toegestaan. Er zaten vapes tussen met een equivalent van tussen de 200 en 400 sigaretten en schadelijke stoffen als lood, nikkel en formaldehyde. Soms, constateerde het RIVM in 2021, zitten er nicotinezouten in vapevloeistof. Die zorgen voor een minder scherp gevoel in de keel, waardoor de dampen makkelijker te inhaleren zijn.

Artsen maakten vorig jaar veertien keer melding van kinderen die na vapen in het ziekenhuis belandden. In veel gevallen kregen ze „schokkend” grote hoeveelheden nicotine binnen. Ze hadden onder meer klaplongen en bloedingen.

Razendsnel

Inmiddels zijn er in Nederland bijna net zoveel jongeren die vapen als roken. Bijna 70 procent van de jonge vapers is ‘dubbelgebruiker’ en rookt ook sigaretten. De jarenlange daling van het aantal rokende scholieren is gestagneerd, blijkt uit cijfers van het Trimbos-instituut en het RIVM. De populariteit van de e-sigaret speelt een grote rol, denken deskundigen. Het aantal jongeren dat ooit rookte (12 tot 16 jaar) ligt rond de 17 procent.


Lees ook

Beginnen met één sigaretje, daarna elke dag een ‘nicokick’: jongeren blijven sigaretten en vapes roken

Een vapende jongere op een fatbike in Alkmaar.

Of het nu rook of damp is: gewone en elektronische sigaretten hebben in principe dezelfde verslavende werking. Nicotine is een van de meest verslavende stoffen die er bestaan. Je hersenen nemen het razendsnel op, legt behandelaar Wouter Vlasveld uit aan Floor. „Binnen nul tot zeven seconden.” Zodra het nicotinepeil in je bloed weer zakt, vaak na 20 tot 60 minuten, word je onrustig, gespannen en krijg je weer zin. Zo ontstaan twee soorten afhankelijkheid: „De nicotineverslaving, die is lichamelijk. En de gewoonte, de routineverslaving, die zullen we samen proberen te tackelen. We gaan kijken naar waaraan het roken en vapen voor jou allemaal gekoppeld is. Heb je hier vragen over? Het is best veel informatie hè.”

Floor glimlacht. „Ik volg het allemaal wel, geloof ik.”

Artsen maakten vorig jaar veertien keer melding van kinderen die na vapen in het ziekenhuis belandden, met onder meer klaplongen en bloedingen

Vlasveld vraagt hoeveel ze rookt. Met roken, zegt hij, bedoelt hij ook vapen.

Floor vindt het lastig in te schatten. „Peuken ongeveer twee per dag, vapen is niet echt te tellen.” Het zijn meestal vrienden of collega’s, zegt ze, die het aanbieden. Ze heeft een weekendbaantje in de horeca en werkt acht uur achter elkaar. „Je krijgt alleen pauze als je rookt. En een kwartier om te eten.”


Lees ook

Vapen slecht voor je? ‘Die klachten komen later wel’, zeggen de jongeren in het park

Een jonge vrouw rookt een e-sigaret aan de waterkant in Amsterdam. Tot het grote publiek wil het nog niet doordringen hoe schadelijk het is om te vapen, stellen artsen. Ook is het zeer verslavend.

„Dan nu de hamvraag”, zegt Vlasveld als het einde van de sessie nadert. „Heb je nagedacht over een stopdatum?”

„Ehm, nou ja, mijn doel is eigenlijk wel om na de zomervakantie gestopt te zijn.”

„Oeh… Dat is nog erg ver weg.”

„Ja, ik heb het een beetje ruim ingeschat.”

„Ik ga met de deur in huis vallen: vanuit WeQuit is het idee om tussen de eerste en tweede sessie te stoppen. Omdat we dan meteen kunnen kijken: waar loop je tegenaan?”

Floor knikt zachtjes.

„Dus ja”, zegt Wouter. „Dat zou komende week al zijn.”

Een uitglijder

De stopdag ging goed, vertelt Floor een week later met een glimlach. Zondag heeft ze niks aangeraakt, eigenlijk de hele week niet. Alleen maandag ging het „een beetje fout” toen een vriendin haar een peuk aanbood. „Ik was eventjes vergeten dat ik aan het stoppen was.”

Kan gebeuren, zegt Wouter Vlasveld. „Hoe voelde je je toen je had gerookt? Wat deed het met je?”

„Ik voelde gelijk dat dit niet de bedoeling was. Ik heb ’m vrij snel weggegooid.”

Foto Olivier Middendorp

Vlasveld: „Dit noemen we een uitglijder. Het mooie is: je kunt er ontzettend veel van leren. Roken is een hele geconditioneerde verslaving. Op bepaalde momenten kun je ervan uitgaan dat je trek krijgt.” Heeft ze al bedacht wat ze kan doen als vriendinnen het weer aanbieden, vraagt hij.

De rest van de sessie gaat over ‘helpende gedachtes’ en wat te doen in ‘risicosituaties’. Terwijl Floor de zwart-witte kat op haar schoot aait, vertelt ze dat ze één keer heel veel zin had om te roken en toen haar oortjes in heeft gedaan. „Supergoed!”, zegt Vlasveld. „Je bent dus echt even de afleiding gaan zoeken door muziek te luisteren. Een mooie zelfcontrole-actie.”

Ze bespreken het huiswerk (maak een top-5 van de grootste risicosituaties). Dan zijn de twintig minuten voorbij. „Volgende week zelfde tijd?”