Waarom de aanleg van 48 kilometer Zeeuws stroomnet zo lang duurde

Daar staan ze dan eindelijk. In een groen weiland pal naast de snelweg bij het dorpje Rilland, in het oostelijke puntje van het Zeeuwse schiereiland Zuid-Beveland. In de zinderende zon glinsteren de hoogspanningsmasten vandaag nog net wat meer dan normaal, alsof ze hun nieuwheid een beetje extra willen benadrukken. Onderaan een mast trekt een graafmachine de grond weer strak. Zodat het straks lijkt alsof er nooit iemand is geweest.

Als je vanaf hier naar het westen kijkt, zie je veel meer van dit soort immense hoogspanningsmasten. Pas achter de horizon, die in Zeeland meestal ver reikt, verdwijnen ze. In totaal zijn het er 109, tussen 55 en 80 meter hoog. Ze zijn witgeverfd, waardoor ze in de verte wat lijken op de papieren pijltjes die je als kind met een pvc-buis wegschoot.

Samen vormen ze de gloednieuwe Borssele-Rillandlijn, volgens landelijk stroomnetbeheerder Tennet een cruciaal puzzelstukje in de verduurzaming van Nederland. Via deze lijn worden de komende jaren gigantische hoeveelheden schone stroom, opgewekt door twee grote windparken op de Noordzee, naar de rest van het land vervoerd. Zodat bedrijven en huishoudens massaal kunnen overschakelen op elektriciteit voor bijvoorbeeld verwarming, in plaats van door te gaan met fossiele brandstoffen verstoken. Dat scheelt een hoop CO2.

Leerzame casus

Sta je vlak bij het nabijgelegen hoogspanningsstation, dan hoor je een zacht gebrom. Dat geluid komt van de transformatoren die de hoogspanningsstroom (380.000 volt) omzetten naar een lager voltage, voor distributie verder het land in. Bij Tennet putten ze hoop uit dat geluid. Het is een tastbaar bewijs van de voortgang die er in de energietransitie ook wordt geboekt, zeggen ze daar – ondanks alle zorgwekkende haperingen waar je zo veel over hoort.

Maar wat wás het moeilijk hier te komen, weten ze bij het staatsbedrijf ook. Bij de aanleg van de hoogspanningslijn liep Tennet tegen allerlei problemen aan, waardoor fikse vertraging ontstond.

Bijna zestien jaar deed Tennet erover om de lijn af te krijgen – zes jaar langer dan gedacht. Het ging om problemen die je ook ziet bij zo’n beetje alle andere grote energietransitieprojecten in Nederland. Dat maakt de Borssele-Rillandlijn tot een leerzame casus, die een idee geeft waarom de energietransitie soms zo moeizaam verloopt.


Van dit soort projecten moeten er nog talloze tot een goed eind komen, wil de energietransitie slagen. De Borssele-Rillandlijn is pas een van de eerste grote nieuwe hoogspanningstracés die klaar is. Nog een stuk of negen van dat soort verbindingen staan op de rol.

En dat is dan alleen nog het hoogspanningsnet. De opgave in heel ‘stroomland’ (inclusief midden- en laagspanningsnetten, die bij mensen thuis aankomen) is duizelingwekkend. In totaal moet er zo’n 100.000 kilometer aan nieuwe stroomkabels komen, plus 50.000 trafohuisjes en duizenden hoogspanningsstations.

En dan zijn er al die andere duurzame projecten, los van het stroomnet. Zoals de bouw van nieuwe zonneparken en waterstoffabrieken, en de ondergrondse opslag van CO2. Ook op die fronten moet nog ongelooflijk veel werk worden verzet. En ook daar gaat het, door dezelfde problemen, vaak moeizaam. Terwijl de urgentie alleen maar groeit, want de ontwrichtende gevolgen van klimaatverandering worden steeds zichtbaarder.

Een terugblik daarom op het geplaagde stroomproject, omdat dat lessen voor de toekomst oplevert.

Miljoenencontract

In 2009 begon Tennet al met de eerste voorbereidingen voor de verbinding. De oude hoogspanningslijn begon langzaamaan ‘vol’ te raken, en dus was meer vervoerscapaciteit nodig.

Volgens Tennet gaat het belang daarvan voorbij de verduurzaming. Als de elektrificatie van Nederland voortvarend verloopt, kunnen niet alleen de Nederlandse industrie en de economie nog jaren vooruit. Nederland wordt ook minder afhankelijk voor zijn energie. Windmolens kun je gewoon op eigen (zee)bodem bouwen, je hoeft geen brandstoffen van onbetrouwbare partners als Rusland te kopen.

In totaal moeten er 100.000 kilometer nieuwe stroomkabels komen, 50.000 trafohuisjes en duizenden hoogspanningsstations

Tennet zelf ziet het mede daarom als sleutelproject. Het hoogspanningsnet kun je zien als de snelwegen onder de stroomdraden. Uitbreiding daarvan is onmisbaar voor de ‘elektrificatie’ van Nederland. Het is eigenlijk net als met echte wegen. Als je geen asfalt bijlegt, krijg je vanzelf files. Alleen heb je het in de stroomwereld dan bij filevorming over: geen nieuwe of zwaardere aansluiting op het net kunnen krijgen, of stroomstoringen.

Al vrij snel liep Tennet tegen problemen aan. Van moeizame onderhandelingen met koppige boeren over het gebruik van hun grond (of überhaupt het betreden ervan) tot een uit de hand gelopen conflict met een belangrijke aannemer over een ontwerpkwestie, die leidde tot ontbinding van een miljoenencontract. Zoek dan maar eens nieuwe aannemer, in deze tijden van schaarste.

Open landschap

Tijdens de bouw zelf bleek bij het graven van de gaten voor de funderingen dat wel heel erg zout water afgevoerd moest worden, waardoor nabijgelegen weilanden zouden verzilten – met wederom boze boeren tot gevolg. Ergens kwamen ze ook nog een grote bom uit de Tweede Wereldoorlog tegen, die onschadelijk moest worden gemaakt.

En tussendoor kwam natuurlijk de coronapandemie voorbij, die medewerkers tot thuiswerken dwong, terwijl de contracten voor het werk nét waren getekend. Dan waren er nog juridische procedures van milieubewegingen vanwege te grote stikstofuitstoot bij de bouw.

Bovenal waren er de ongeruste Zeeuwen, die zich soms tot het bittere eind verzetten tegen de komst van een hoogspanningsverbinding en nog een boel windmolens in hun achtertuin. Zij zagen niet alleen hun directe leefomgeving verpest worden, maar ook het historische, natuurlijke open Zeeuwse landschap.

Het is moeilijk om niet te zien waarom zij zo boos zijn. Zeker als je nabij Rilland door het smalste stuk van Zuid-Beveland rijdt, waar tussen beide kuststroken soms maar drie kilometer land zit, lijkt het soms alsof je door een bord spaghetti rijdt – zóveel hoogspanningskabels en masten. In Zeeland doen verhalen de ronde dat dit de Duitse toeristen afschrikt zodra ze hun geliefde vakantieprovincie binnenrijden.

Tennet heeft zich naar eigen zeggen altijd ingespannen om die zorgen waar mogelijk weg te nemen. De kleur van de masten is zo gekozen dat ze zoveel mogelijk wegvallen tegen het in Zeeland meest voorkomende wolkendek. De masten zijn ook zoveel mogelijk recht achter elkaar gezet, want dan zouden ze wegvallen als je er recht voor staat. Dat is bij de oude ‘vakwerkmasten’ niet het geval. Daar kijk je dwars doorheen.

Belang van omwonenden

Die masten zijn trouwens sowieso een verhaal apart. Voor deze verbinding had Tennet gekozen voor een nieuw type mast, de wintrack. Die is rond en één geheel; een échte mast eigenlijk. Niet alleen is de transportcapaciteit ervan groter, het magnetische veld eromheen is bovendien kleiner – een belangrijke extra reden voor die keuze, volgens Tennet.

Te veel magnetische straling is immers niet goed voor de gezondheid. Je moet ook niet voortdurend dicht bij een magnetron staan. Deze masten waren duurder, maar Tennet koos ze naar eigen zeggen mede in het belang van de omwonenden.


Zoom in

Zoom in

Splinternieuw, maar niet per se toekomstbestendig: als Zeeland meer dan één extra kerncentrale krijgt, schiet Tennets jongste hoogspanningsverbinding alweer tekort.

Foto’s Merlin Daleman

Vervolgens kreeg Tennet teleurgestelde mensen aan de lijn van een vereniging van vakwerkmastenfans, zegt een woordvoerder. Die vreesden dat hun geliefde, klassieke mast zou verdwijnen. Esthetisch zouden vakwerkmasten echt een stuk mooier zijn; een soort ‘miniatuur-Eiffeltorens’ – in hun ogen.

Door technologische innovaties hebben de vakwerkmasten overigens nu ook kleinere magnetische velden. Dus kiest Tennet daar in de toekomst alsnog voor, ze zijn immers ook goedkoper. Probleem voor de vakwerkmastliefhebbers in ieder geval opgelost.

Al staan die nieuwe masten er nu eindelijk, het boek is nog niet helemaal gesloten. Als de wind uit een bepaalde hoek komt, met een bepaalde kracht, blijken de masten een fluitend geluid te veroorzaken dat omwonenden uit hun slaap houdt. Volgens hen gebeurt dat trouwens ook als het niet waait.

Fans van vakwerkmasten vreesden voor het verdwijnen van de geliefde, klassieke mast

Tennet zegt opnieuw alles uit de kast te halen om de oorzaak van het geluid te achterhalen. Die is nog niet helemaal gevonden. Een ingehuurd geluidsbureau heeft met camera’s en opnameapparatuur maandenlang onderzoek gedaan, en een aantal maatregelen getroffen. Zo zijn onderdelen waar het geluid vandaan zou kunnen komen vervangen of bedekt.

Die lapmiddelen leken eventjes te werken. Maar inmiddels wordt toch weer geklaagd over gefluit door de masten. Dus wordt het onderzoek voortgezet.

Dosis realisme

Grote infrastructurele projecten met veel impact op de omgeving vragen altijd veel tijd. Dat weet iedereen die wel eens iets heeft gebouwd in Nederland. Tien jaar gemiddeld, zeggen ze bij het stroomnetbedrijf.

Maar hier duurde het, voor zo’n 48 kilometer hoogspanningslijn, bijna zestien jaar. Door alle weerstand ging driekwart van die tijd op aan inpassingsplannen, vergunningen en bezwaarprocedures, aldus Tennet.

De lessen van het bedrijf in een notendop? Betrek de directe omgeving snel bij zo’n project, en luister goed naar omwonenden zodat je veel problemen voor kunt zijn. En houd er een gezonde dosis realisme op na. Sta soms ook even stil, om daarna te kunnen versnellen.

Tegelijk moet je ook wel echt proberen door te gaan, stelt Tennet. Want je kunt nooit overal rekening mee houden, en anders komt er niets tot stand. Hier evenwicht vinden is lastig.

Te veel magnetische straling is niet goed voor de gezondheid; je moet ook niet voortdurend dicht bij een magnetron staan

De wetgever worstelt er ook mee. Inspraak is belangrijk en onmisbaar, verkondigt die. Tegelijk zijn er afgelopen jaren regels gekomen die vergunningsprocedures moeten helpen versnellen, en die bijvoorbeeld beroepsmogelijkeden voor burgers en andere belanghebbenden terugbrengen naar één- in plaats van tweemaal. In het belang van de energietransitie.

Overal in de duurzame wereld hopen ze dat projecten daardoor sneller verlopen, zo ook bij Tennet, dat wijst op toegenomen ervaring en voordelen van ‘standaardisatie’. Bij volgende stroomverbindingen zou de bouwduur daardoor zelfs tot ruim onder de tien jaar kunnen dalen, aldus Tennet.

Tegelijk weet iedereen dat er geen garanties zijn. Bij de komende enorme projecten wordt het vermoedelijk opnieuw spannend, om te beginnen vanwege al die schurende belangen. En sommige projecten raken mogelijk opnieuw Zeeland, op hetzelfde traject waar al zoveel gedoe was.

Via de nieuwe hoogspanningslijn tussen Borssele en Rilland zal straks wellicht ook stroom van een nieuwe kerncentrale worden vervoerd. Het kabinet heeft plannen voor vier kerncentrales, waarvan enkele in Terneuzen of Borssele, naast de bestaande centrale. Daarbij komen wellicht extra aansluitingen van windparken op zee in Zeeland.

Tennet rekende al eerder uit dat de nieuwe hoogspanningsverbinding slechts plaats biedt voor stroom van één van die kerncentrales. Mocht meer capaciteit nodig zijn, dan zal de netbeheerder een andere oplossing moeten zoeken.

Dansende bouwvakkers

Succes moet je in ieder geval vieren, vinden ze bij Tennet. Een feestje in een luxe tent bij het hoogspanningsstation omlijst deze zonnige woensdag de voltooiing van de Borssele-Rillandlijn. Een „mijlpaal”, aldus Tennet-ceo Manon van Beek. Pakweg tweehonderd genodigden, van Tennet-medewerkers tot leveranciers en ambtenaren, komen in hun mooiste kleding samen voor de officiële openingsceremonie – inclusief de traditionele druk op de knop.

De nieuwe hoogspanningsverbinding biedt slechts plaats voor stroom van één van de vier beoogde kerncentrales

Demissionair klimaatminister Sophie Hermans (VVD) is er bij, evenals de Zeeuwse gedeputeerde Dick van der Velde (VVD). Er zijn dansende bouwvakkers en confetti in de kleuren van het Tennet-logo. En er is (harde) muziek, want: ‘Work hard, play hard’.

En er wordt uitvoerig stilgestaan bij wat er allemaal is misgegaan. Je kunt beter van missers leren dan ze onder het tapijt vegen, zeggen ze bij Tennet. Dat kan toekomstige projecten bespoedigen, en er moet nog zóveel gebeuren. Nederland kan zich geen mislukte energietransitie permitteren, aldus Tennet.

Uit een vragenrondje onder de aanwezigen blijkt dat het in de toekomst vermoedelijk niet gemakkelijk zal worden. Een lokale wethouder begint de Tennet-baas en de minister te ondervragen: of het hierna wel écht klaar is met de hoogspanningsmasten in Zeeland. Want de zorgen over horizonvervuiling zijn volgens hem op sommige plekken helemaal terecht. Meer masten moeten er dus zeker niet komen, meent hij.

De energietransitie blijft werk in uitvoering.


Lees ook

Kabinet trekt meer dan 20 miljard uit voor Tennet om energietransitie niet in gevaar te brengen

Met de ‘miljardenhulplijn’ van de Nederlandse staat kan Tennet óók investeren in Duitse stroomnetten.

Foto Merlin Daleman