De strijd om de Franse taal gaat door. Onlangs heeft het conservatieve kamp een zet gedaan: de Académie française, het conservatieve en gezaghebbende taalinstituut, heeft deze maand een nieuw woordenboek uitgebracht. Er is decennialang aan gewerkt: de laatste versie stamde uit 1935; in 1986 begon men aan deze negende editie. Een woordenboek op papier kost 100 euro, online is le dictionnaire de l’Académie française gratis te raadplegen.
Het boek is traditiegetrouw door de ‘onsterfelijken’, zoals de leden van de Académie worden genoemd, aangeboden aan president Emmanuel Macron. Bij de ontvangstceremonie vierde hij hoe de academie „de Franse taal behoudt en verrijkt”. „Het woordenboek zal van dienst zijn voor Fransen en buitenlanders die van onze taal houden, allen die soms moeite hebben met de ware betekenis van woorden, of die het juiste gebruik ervan niet kennen, en die blij zullen zijn opheldering te vinden voor hun twijfel.”
Taalkundig Frankrijk is het daar niet mee eens. „Er is een historisch belang [want] er is onderzoek gedaan naar de geschiedenis van de taal”, zei taalkundige Médéric Gasquet-Cyrus tegen FranceInfo. „Maar los daarvan: als je een bruikbaar woordenboek zoekt, is dit niet wat je moet hebben.”
Lees ook
Macrons taalkasteel moet de veelzijdigheid van het Frans onderstrepen
In de eerste plaats staan tal van woorden er niet of gebrekkig in. Taalkundige Laélia Véron stelde op X een hele lijst op. Zij zag onder meer dat stylé (hip, cool) in het woordenboek enkel de betekenis heeft van „hetgeen men zegt tegen een huishoudelijk medewerker […] die zijn taken uitvoert in perfecte overeenstemming met de regels van zijn beroep”. Mail betekent volgens de Académie française niet e-mail, maar een hamer of een „ruime openbare promenade”. En woorden als web, smartphone en daron (pa) en bisou (kusje) ontbreken helemaal.
Er is meer. Zo is queer Frankrijk boos over de definitie van hétérosexuel: „…heeft betrekking op natuurlijke seksualiteit tussen mensen van verschillende geslachten.” „Blij om via de Académie Française te leren dat mijn seksualiteit niet natuurlijk is”, reageerde journalist Pablo Pillaud-Vivien ironisch. En men stelt er vragen bij hoe het kan dat smartphone niet in het woordenboek staat, maar woke wel.
Op één vlak toont de Académie zich progressiever dan Frankrijk van haar gewend is: vrouwelijke versies van beroepen, denk aan la ministre, zijn voor het eerst opgenomen in dit woordenboek. Dit terwijl het instituut jarenlang aankondigde dat de Franse taal „zou uitsterven” als men hieraan zou beginnen.
Te archaïsch
Het woordenboek is aanleiding voor taalkundigen om de kritiek te uiten die om de zoveel tijd opduikt: de Académie française is bijzonder invloedrijk – richtlijnen worden bijvoorbeeld over het algemeen gevolgd door leraren – maar baseert zich niet op taalkundig onderzoek. Dit is het gevolg van het feit dat de ‘onsterfelijken’ geen taalkundigen zijn maar schrijvers en andere prominente Fransen (op een persoon na).
Ook het woordenboek wordt niet op de juiste wijze opgesteld, aldus Gasquet-Cyrus. „Een woordenboek hoort gebaseerd te zijn op observaties van de taal waarbij we ons afvragen of we het wel of niet invoeren, of het woord veelvuldig voorkomt en gebruikt wordt.” Twee andere grote woordenboeken, Larousse en Robert, hebben volgens hem „hele teams die de taal bestuderen en observeren”, en die ontbreken bij de Académie: „Hier lijkt het willekeurig te gaan. […] Het is een klein groepje mensen dat samenkomt, voorstellen bekijkt en ja of nee zegt.”
Niet alleen vinden de taalkundigen het woordenboek te archaïsch, ook vinden ze het verspilling van belastinggeld. Toch is het groene licht voor de tiende editie inmiddels gegeven. Misschien halen smartphone of daron die wel.
Lees ook
Eén E is in Frankrijk genoeg voor ophef: feminiseren van de taal leidt tot felle kritiek