Column | Tienduizenden pestkoppen

Over Ajax heb ik een poos gezwegen, omdat een mens soms in stilte moet kunnen lijden. Maar er zijn grenzen aan de zelftucht. Voor mij ligt die grens bij de nog vrij onbekende voetballer Kenneth Taylor.

Taylor is een jonge, redelijk getalenteerde speler die het al bracht tot Jong Oranje. Hij gold als een veelbelovend talent, ook al kon hij zelden helemaal overtuigen. Dit seizoen deelde hij in de malaise bij Ajax en zakte hij met zijn collega’s steeds dieper weg in een moeras van onkunde. Ajax bleek van iedereen te kunnen verliezen, zelfs van een braaf amateurploegje.

Was Kenneth Taylor daarvoor in zijn eentje verantwoordelijk? Je zou het haast denken, want het thuispubliek ging steeds hatelijker tegen hem te keer. Afgelopen zondag gebeurde het voor de tweede keer dat hij massaal werd uitgefloten toen de coach hem in de tweede helft verving. Stel je dat even voor: je bent 21 jaar en het publiek begint je vol leedvermaak uit te jouwen en uit te fluiten, terwijl je de lange gang naar de kleedkamer moet maken. Het lijkt een nachtmerrie, maar het is een zondagmiddagmerrie, bereden in de volle openbaarheid door tienduizenden pestkoppen.

Ik hoop maar dat zijn ouders en zijn vriendin niet op die tribunes hebben gezeten. Wat konden ze na afloop tegen hem zeggen? „Kop op, jongen, zondag is er weer een wedstrijd”?

Oud-spelers namen het voor hem op, zoals Rafael van der Vaart die in Rondo zei: „Deze jongen heeft heel veel kwaliteit, maar als je het stadion inloopt en je weet dat je wordt uitgefloten om elk foutje dat je maakt, dan word je heel erg klein.”

Toch wilde Van der Vaart het publiek niet al te hard veroordelen: „Je kunt het wel een schande noemen, maar het Ajax-publiek is teleurgesteld.” Op een filmpje hoorde ik een Amsterdamse marktkoopman zeggen: „Als mijn personeel zo’n wanprestatie levert, krijgen ze op hun sodemieter. De mensen daar betalen zijn salaris!”

Zo werd het collectieve falen van Ajax afgewenteld op de schouders van één jonge, onervaren speler. Alsof hij ook verantwoordelijk was voor de zwakke spelers om hem heen, die vorig jaar in een rampzalige transferzomer door de Ajax-leiding waren aangekocht. De nieuwe Ajax-directie zal ze de komende zomer allemaal voor een appel en een ei moeten doorverkopen.

Hoe kon dat gebeuren? De voorgeschiedenis is bekend: Ajax stortte in na het onvermijdelijke ontslag van technisch directeur Marc Overmars. Men kon geen goede opvolger vinden en probeerde zelfs Overmars weer terug te krijgen, wat hét voetbalschandaal van de eeuw zou zijn geworden. Gelukkig was Overmars zelf zo verstandig om nee te zeggen.

Toen legde Ajax zijn lot in handen van een drieste Duitse voetbalavonturier, genaamd Sven Mislintat, die de club voortvarend naar de rand van het ravijn voerde. De ene na de andere dure miskoop vond plaats, allemaal spelers zonder veel reputatie, maar Mislintat zag er groeibriljanten in. Als je die spelers wekelijks ziet knoeien – voor zover ze nog worden opgesteld – ruik je de corruptie boven hun hoofd. Wie heeft hieraan het meest verdiend? KPMG heeft de zaak nog in onderzoek, maar de vraag is of de leiding van Ajax belang heeft bij volledige openbaarmaking van de resultaten. Er zit daar veel boter op veel hoofden.